En wie hem ziet staan en de almachtige God kijkt altijd naar hem alsof hij zegt dat deze dienstknecht gezegend is in een zaak en in de genade van de almachtige God is en als hij schuldig is, moet hij berouw hebben.
En wie hem ziet staan en de almachtige God kijkt altijd naar hem alsof hij zegt dat deze dienstknecht gezegend is in een zaak en in de genade van de almachtige God is en als hij schuldig is, moet hij berouw hebben.