Zelden vertelde hij dat drie mensen op reis gingen, en een van hen sliep en zag iets uit zijn neus komen, zoals een lamp. Toen ging hij een grot binnen en zag wat hij zag, en keerde toen terug naar zijn neus. Hij werd wakker en veegde zijn gezicht af, en hij zei: Ik zag in deze grot een schat, dus gingen ze erin en vonden de rest van de schat die erin zat, en ze namen hem mee .