Wat betreft de sprong, wie ziet dat hij van de ene plaats naar de andere stuitert, hij verandert van de ene staat naar de andere en maakt onderscheid tussen de twee plaatsen, dus wat is passend tussen hen, dan is zijn interpretatie ervan, en als hij springt terwijl hij in de zijn plaats, hij doet iets waarin het wordt verminderd, en het springen voor de jongeren is demonisering, en wat het wiebelen betreft, er zit niets goeds in .